Een minderjarig kind valt onder het gezag van een volwassene. Logisch, want een kind is nog te jong om zelf over zijn of haar situatie te bepalen. In het meest ideale geval valt het kind onder het gezag van beide ouders. Dit is ook de regel vanuit de wet: gezamenlijk gezag heeft altijd de voorkeur. Echter kan het voorkomen dat het beter voor het kind is als slechts één van de ouders het gezag over zijn of haar kind heeft. Dit noemen we eenhoofdig gezag. In deze blog leer je meer over hoe eenhoofdig gezag precies werkt en hoe je het aan kunt vragen.
Wat is eenhoofdig gezag?
Ouderlijk gezag gaat om de recht en plicht om voor minderjarige kinderen te zorgen. Degene met het ouderlijk gezag is dus verplicht het kind op te voeden, en mag beslissingen nemen over het kind. Denk hierbij bijvoorbeeld aan medische behandelingen, het aanvragen van een paspoort of het kiezen van een school.
In het meest ideale geval hebben beide ouders gezag over het kind. In veel gevallen is dit ook zo. Als ouders voor of na de geboorte van het kind een geregistreerd partnerschap of huwelijk aan zijn gegaan, dragen beide ouders het gezag over het kind. Ook als ouders niet getrouwd zijn of geen geregistreerd partnerschap zijn aangegaan, kunnen ze dit gezamenlijk gezag verkrijgen na een verzoek bij de rechtbank. Als beide ouders met het verzoek instemmen en de vader het kind heeft erkend, zal dit verzoek vaak toegewezen worden.
Je zal misschien al merken; gezamenlijk ouderlijk gezag is in de wet het uitgangspunt. Di heeft vaak de voorkeur, zelfs als ouders niet meer bij elkaar zijn. Toch zijn er situaties waarin het beter is dat één van de ouders het gezag over de kinderen draagt, en de andere ouder dit gezag niet meer heeft. In zo’n geval kan deze ouder eenhoofdig gezag bij de rechtbank aanvragen. Bij gegronde redenen kan de rechter besluiten dit eenhoofdig gezag toe te wijzen.
Wanneer kan eenhoofdig gezag toegewezen worden?
Eenhoofdig gezag wordt niet snel toegekend. In de rechtbank moet dan ook bewezen worden dat het in het belang van het kind is dat slechts één van de ouders gezag over hem of heeft. In zijn of haar beslissing hanteert de rechter het klemcriterium. Als blijkt dat het kind klem zit of verloren is geraakt tussen de ouders, kan eenhoofdig gezag toegewezen worden. Ook als blijkt dat het noodzakelijk is in het belang van het kind, kan er eenhoofdig gezag toegewezen worden.
Enkele voorbeelden van situaties waarin eenhoofdig gezag toegewezen kan worden zijn:
- Er is geen communicatie meer tussen jou en je ex-partner. De communicatie kan niet meer hersteld worden.
- De communicatie tussen jou en je ex-partner is zo slecht, dat het een negatieve invloed op het kind heeft.
- Je ex-partner kampt met verslaving aan alcohol of drugs.
- Je ex-partner is veel afwezig geweest in het leven van het kind. Hierdoor kennen het kind en je ex-partner elkaar niet goed. Je ex-partner kan hierdoor geen gegronde beslissingen over het kind nemen.
- Je ex-partner is niet bereikbaar.
- Je ex-partner blokkeert of vertraagt beslissingen over het kind.
- Er is aantoonbaar schadelijk gedrag van je ex-partner naar jou geweest, en het kind is hierbij geweest.
De rechter oordeelt in het belang van het kind. Daarom wordt er vaak aan de Raad voor de Kinderbescherming om advies gevraagd, voordat de rechter een beslissing neemt. Ook kunnen kinderen van boven de 12 jaar gevraagd worden om hun meningen te geven over de scheiding.
Eenhoofdig gezag wordt altijd via de rechtbank aangevraagd. Daarom ben je verplicht een advocaat in te schakelen bij eenhoofdig gezag. Je vraagt eenhoofdig gezag aan via de rechtbank in de plaats waar het minderjarige kind woont.
Alimentatie betalen bij eenhoofdig gezag: hoe zit dit?
Als eenhoofdig gezag eenmaal is toegewezen, betekent dat niet dat de andere ouder geen onderdeel van het leven van het kind meer is. Het hoeft bijvoorbeeld niet te betekenen dat je ex-partner geen recht meer heeft op omgang met het kind. Je bent nog steeds verplicht om je ex-partner te informeren over hoe het met jullie zoon of dochter gaat.
Ook heeft het eenhoofdig gezag geen invloed op de alimentatieplicht. Je ex-partner is nog steeds verplicht om bij te dragen aan het levensonderhoud van het kind. Ook als je ex-partner geen gezag meer heeft. Hij of zij zal dus nog steeds kinderalimentatie moeten betalen.
Conclusie
Gezamenlijk ouderlijk gezag is het uitgangspunt in de wet. Echter kan het in sommige gevallen zo zijn dat het in het belang van het kind is dat slechts één van de ouders het gezag over het kind draagt. Dit noemen we eenhoofdig gezag. Als je dit wil aanvragen, dien je dit via de rechtbank te doen. Bij gegronde redenen, zal eenhoofdig gezag toegekend worden, waardoor jij het gezag draagt over je zoon of dochter. Je ex-partner heeft dan nog wél een alimentatieplicht.
Gerelateerde informatie
In de kennisbank op mijn website vind je tientallen handige blogs en artikelen.